Osy Edouard, Joseph catholique
né en 1832 à Deurne décédé en 1900 à Ekeren
Représentant entre 1880 et 1889, élu par l'arrondissement de Anvers(Extrait du Handelsblad van Antwerpen, du 6 décembre 1900)
Dood van Baron Oy van Zegwaart, gouverneur der provincie.
Een droevig nieuws, dat, helaas ! sinds eenige dagen werd verwacht, is ons dezen morgend toegekomen.
M. de baron Ed van Zegwaart, gouverneur der provincie, is gisteren avond, om 11 3/4 ure, is den Heer ontslapen, op zijn kasteel van Hoogboom. Het onverbiddelijk flerecijn, dat hem sinds weken aan het ziekbed gekluisterd tot het hart geklommen on stelde en einde aan dit verdienstelijkleven .
Met baron van Zegwaart verdwijnt een der meest gekende en populaire figuren onzerstad.
Geboren op 28 Maart 1832, zoon van een man, die zulk eene voorname rol speelde in de geschiedenis van Antwerpen, baarde bet geen verwondering toen men den aanleg van den zoon ontwaarde om de voetstappen zijns vaderste volgen.
Ten jare 1864 werd hij door de Meeting voorgedragen voor de kiezingen van den provincialen raad en gekozen, in gezelschap van eene schaar oude strijders, waarvan reeds verschillige hem in het graf voorafgingen, als Jan De Cleer, Van de Wiel, Van den Bergh-Elson, Alfred Geelhand, Blondel, terwijl andere nog dapper op de bres staan, als Coremans en Peeters-Lacroix.
Het jaar zijner intrede in den provincieraad werd gekenmerkt door het aftreden van den onvergetelijken gouverneur Teichmann en de benoeming van ridder Pycke d'Iteghem.
Van af zijne intrede in den raad legde baron Ew. Osy bezorgdheid voor de belangen der provincie Edw. aan den dag, die hem later de hoogste weerdigheid zou leiden ; hij zetelde in den provincieraad tot 1876, wanneer de liberale lijst zegepralend uit de stembus kwam.
Den 10 April 1877, bij gedeeltelijke kiezing voor eenen zetel in den Senaat, opengevallen door afsterven van baron Eug. Van Delft, werd baron Osy gekozen tot senateur met 4923 stemmen tegen 4458, uitbracht op ridder Ch. du Bosschaert, liberaal candidaat.
Wij leefden toen in hei bloeitijdperk der geuzenwanorders en de kiezing van baron Osy gaf aanleiding tot woelingen en ruitenbrekerijen, die door de policie moesten beteugeld worden.
1878 was het jaar der liberale hooge tijd en baron Osy werd niet gekozen ; Antwerpen zond eene liberale afvaardiging naar den Senaat M. de Wael naar da Kamer.
De liberale vreugde echter van korten duur ; op 8 Juni 1880 zegepraalde de Meetinglijst opnieuw met 200 stemmen meerderheid voor de Kamerkiezing on M. de Wael werd in de Kamer vervangen door baron Osy.
Hij bleef zijn mandaat vervullen tot in 1889 toen hij, na den dood van den betreurden gouverneur, M. du Bois de Vroylande, aan het hoofd der provincie werd geroepen.
Hij werd in de Kamer vervangen door wijlen Jaak Van den Bemden, die van zijnen zetel in den Senaat had afgezien ten voordeele van graaf Karel della Faille de Leverghem.
Als gouverneur der provincie stuurde Het Handelsblad hem den 26 Januari wenschen toe, die zich geheel en al verwezenlijkt hebben ; ja, baron Osy heeft zijn ambt vervuld in eenen zin, die hel tot eenen modelgouverneur maakte on die hem de genegenheid van al zijne bestuurden, vrienden en tegenstrevers verzekerden.
Bij zijne eedsaflegging stuurde hij aan al de ambtenaars en bedienden der provincie eene nota, waarin bij zijne gedragslijn uitlegde en, onder andere, trouwen eerbied voor de rechten der Vlaamsche taal uitdrukte.
En hij heeft woord gehouden. In tegenstelling van zooveel afstammelingen van den ouden Vlaamschen adel, was hij Vlaming gebleven en sprak onze taal, niet zooals hij uit noodzakelijkheid had geleerd, op lateren leeftijd, maar zooals zij in den Vlaamschen huiskring weerklinkt.
Als bestuurder had hij overgroote verdiensten; als privaat man was hij toegankelijk voor eenieder, gulhartig en vriendelijk voor de nederigen als voor do grooten.
Zijne bekwaamheid en zijn karakter, de manier waarop hij zijn ambt waarnam, doden hem de algemeene sympathie vererven na enkele jaren bestuur. De schitterende feesten die hij Inrichtte in het gouvernementshotel brachten ook niet weinig bij om hem de gunst onzer neringdoende bevolking, die bij dergelijke feesten het meest wint, te doen verkrijgen.
Men kon van hem zeggen, dat zijne vijanden nergens, zijne vrienden overal waren.
Aan eeretitels en onderscheidingen mangelde het den betreurden afgestorvene niet.
Hij was commandeur der Leopoldsorde, vereerd met het burgerkruis van 1e klas, grootlint der Orde van de Kroon van Pruissen, grootlint der Orde van Leeuw en Zon Van Perzië, grootlint van de Orde der Verlossing, grootofficier der Orde van Oranje-Nassau, grootofficier der Ster van Rumonië, grootofficier der Orde van Isabella de katholieke, commandeur der Orde van den H. Gregorius den Groote, id. van de Orde van den Verlosser van Griekenland, id. der Orde van den Nederlandschen Leeuw.
Hij was voorzitter van de commissie der Koninklijke Ademie van Schoone Kunsten, voorzitter van den beheerraad van het Koninklijk Vlaamsch Conservatorium, voorzitter der gezondheidscommissie van de Schelde, enz., enz.
In de uitoefening dezer ambten bracht hij diezelfde kennis van zaken en diezelfde toewijding, als aan zijn hoog ambt van gouverneur ; zijn iever en zijne dienstveerdigheid waren spreekwoordelijk en voor al die instellingen had hij niet alleen zijne bekwaamheid veil, doch ook zijn tijd en zijn hart over.
Zijn afsterven zal in de geheele provincie als een onherstelbaar verlies worden aanzien.
Moge zijne edele familie, in de deelneming van de algeheelheid onzer bevolking, een troost vinden, bij het onherstelbaar verlies dat haar treft.
Moge de Almachtige den goeden en trouwen katholiek, den overtuigden geloovige, die baron Osy van Zegwaart was, de belooning gunnen, voorbehouden aan diegenen, die op aarde immer de wegen des Heeren bewandeld hebben.
(Extrait du Handelsblad van Antwerpen, du 7 décembre 1900)
Dood van M. den gouverneur
Edward Jozef Franciscus de Paula, baron Osy van Zegwaart, was geboren te Deurne.
Hij trad tweemal in den echt, de eerst maal met jonkvrouw della Faille, de tweede maal met jonkvrouw Villers, die zich aan de doodsponde van haren echtgenoot bevond, toen deze den laatsten adem uitblies.
Uit de twee huwelijken zin 7 kinderen gesproten : 3 zoons, de barons John, Joseph et Alfried Osy Van Zegwaart en 4 dochters, Mev. Mols, Mev. Ullens de Schooten, Mev. de baronnes van Reynegom de Buzet en wijlen Mev. Peers van Nieuwburg, welke in der bloei der jaren na een jaar gelukkigen echt ontsliep.
Door het afsterven van baron Osy zijn de familiën Osy, Villers-Guyot, Mols, van Reynegom, Ullens, Peers, Cogels, Le Boucq de Baudigniets, de Vonck, de Rouillé, Vilain XIIII enz. in rouw gedompeld.